Zondag 25 Doop en Avondmaal laten met zekerheid de kern van het evangelie zien

24-11-2015 07:55

 

Hieronder vind je een preek die ik gehouden heb toen ik predikant was van de Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) van Dronten-Noord.  Aan de linkerkant vind je de oorspronkelijke liturgie. De gezangen komen uit het Gereformeerd kerkboek en uit het Liedboek (oud). De gebruikte Bijbelvertaling is de NBV. Aan de rechterkant vind je de liturgie genomen uit het Gereformeerd kerkboek met de 41 gezangen zoals die nu in de GKN gebruikt wordt. 

Wanneer deze preek gelezen wordt graag even een mailtje naar mij zodat ik weet waar deze preek gelezen is.  dsjrvisser@gmail.com

 

ORDE VAN DIENST

 

Votum                                                     Votum

Vrede-Zegengroet                                   Vrede/Zegengroet

Psalm  93                                                 Psalm 93

Lezing van Gods wet                                Lezing van Gods wet 

Psalm 111:2,3,4                                       Psalm 111:2,3,4

Schriftlezing: Filippenzen 3                      Schriftlezing: Filippenzen 3

Gebed                                                      Gebed 

Psalm 119:12,13,1,4,15                           Psalm 119:12-15

Tekst: Zondag 25                                     Tekst: Zondag 25

Verkondiging van het evangelie                Verkondiging van het evangelie

Gez 155:3,4,5                                           Gez 17:3,4,5

Dankgebed                                                Dankgebed

Collecte                                                     Collecte

Gez 91                                                       Gezang 16

Zegen                                                        Zegen   

 

Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

We  zijn op weg naar de Goede Vrijdag. De dag waarop we denken aan Jezus sterven aan het kruis! Het kruis van de Here Jezus staat als het goed is midden in jouw leven. Het is de Here Jezus zelf die ons altijd weer aan Zijn dood aan het kruis laat denken. Hij wil dat het denken daaraan levende werkelijkheid is in jouw leven elke dag weer.

De Here Jezus zelf zorgt er voor dat Zijn kerk dat niet vergeet. Hij zorgt ervoor dat we Zijn dood aan het kruis steeds weer voor ogen hebben. Het is namelijk de Here Jezus die vlak voor Zijn dood aan het kruis het avondmaal instelt. Hij zegt dan dat we dat steeds weer moeten vieren. We mogen namelijk niet vergeten dat de Here Jezus Zijn leven voor zondaren heeft gegeven. We mogen niet vergeten dat we het van Christus dood moeten hebben. Elke dag van ons leven.

Om ons daaraan te herinneren heeft Christus ons elke week de verkondiging van het evangelie gegeven. Niet om te zeggen: O,  wat saai het gaat al weer over Christus en de vergeving die Hij door Zijn lijden verdiend heeft. Dat is niet saai maar het wonder van Gods liefde waar je je steeds weer en al meer over verwonderd in je leven. Waaraan je elke week weer herinnerd moet worden om steeds je leven weer bij Christus te zoeken.

De  Here Jezus weet hoe snel wij vergeten. Hij weet hoe snel bij ons bepaalde dingen niet meer echt levende werkelijkheid zijn. Daarom heeft Hij ook de doop en het avondmaal gegeven om ons zelf te laten zien hoe echt Christus lijden tot aan het kruis was. Hoe nodig we dat hebben. Ook bij de doop en bij het avondmaal dat Christus gegeven heeft om steeds weer te vieren is dat de kern van het evangelie die we niet mogen vergeten. Waaraan we ons dan steeds weer verbinden.

Kijk maar bij wat we daarover belijden in vraag en antwoord 66. Het gaat er in de doop en het avondmaal om dat de HERE naar ons toekomt met een belofte. Niet een of andere loze belofte. Geen beloften zoals politieke partijen die doen. Die dan later met andere partijen moeten samenwerken en een deel van hun beloften dan niet kunnen waarmaken omdat ze compromissen moeten sluiten. Of omdat de feiten zo anders zijn dat er geen geld is om de eerdere beloften uit te voeren. Nee, zo is het met Gods belofte niet! Die is vast en zeker. Die is niet stuk te krijgen! De belofte die van God naar ons toekomt en die je in doop en avondmaal ziet is: “Deze belofte houdt in dat God ons om het enige offer van Christus, aan het kruis volbracht, vergeving van zonden en eeuwig leven uit genade schenkt.”

God houdt ons in de verkondiging van het evangelie en door doop en avondmaal, als middelen die Hij gegeven heeft, Zijn belofte voor. Een belofte die er om vraagt om door ons aangenomen te worden. Om het cadeau dat de HERE je wil geven ook echt aan te nemen. Om dat vast te pakken en daaruit te leven.

Ik verkondig jullie het evangelie onder het volgende thema:

 

DOOP EN AVONDMAAL  LATEN MET ZEKERHEID DE KERN VAN HET EVANGELIE ZIEN 

 

Wat  heb je in jouw leven nodig?

Als ik die vraag aan iemand stel is de kans dat ik de volgende antwoorden krijg: Eten en drinken, kleren, een dak boven mijn  hoofd, vrienden, geld, liefde. Allemaal dingen waarvan je je voor kan stellen dat ze genoemd worden. Als ik wat langer doorpraat zou het wel eens kunnen dat mensen er samen toe komen om te zeggen dat ze geluk nodig hebben. Niet als toevalstreffer maar een gelukkig leven. Een leven waarin je altijd blij kunt zijn.

Maar wat is dat geluk dan?  Wanneer ben je nu echt gelukkig? Dat is een vraag die veel mensen heeft beziggehouden maar waar we nooit echt bij lijken uit te komen. Geluk lijkt wel een soort Utopia waar we naar verlangen maar het nooit echt helemaal krijgen.

Wat heb jij in jouw leven nodig? Als iemand op die vraag nu zegt: De Here Jezus! De here Jezus die aan het kruis voor mij gestorven is. Wat vinden we dan van dat antwoord? Wat vind jij daarvan/ Zou jij dat zeggen als de interviewer van Pownieuws jou die vraag zou stellen?

Zou je dan bang zijn voor de spottende reactie van de interviewer?

Of vind je zo’n antwoord in het openbaar zo wie zo wel wat erg vroom?  Zou je je daar een beetje vreemd bij voelen als iemand dat openlijk zo zou zeggen?  Waarom zou je dat vreemd vinden?

Klinkt het te vroom? Of vind je het te overdreven?  Of is het zo dat je wel gelooft maar om te zeggen dat het de Here Jezus nodig hebt als het allerbelangrijkste om gelukkig te zijn dat toch wel wat te erg is. Speelt hierbij meerdere keren ook niet een rol dat we eigenlijk vinden dat we onszelf nog een heel eind kunnen redden om gelukkig te zijn? Voelt het bij ons soms ook niet zo dat  als we zeggen dat we Jezus of God nodig hebben voor ons geluk we onszelf zo zwak of schuldig voorstellen. Is dat nu nodig?  Dat het goed is dat God ons bij sommige dingen helpt prima maar dat we zonder Hem helemaal niet gelukkig kunnen zijn is toch wel heel erg sterk uitgedrukt. Toch? 

Dan  luister ik naar de stem van Christus. Dan hoor ik Hem in Joh 15 zeggen: “Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Als iemand in mij blijft en ik in hem, zal hij veel vrucht dragen. Maar zonder mij kun je niets doen.  Wie niet in mij blijft wordt weggegooid als een wijnrank en verdort; hij wordt met andere ranken verzameld, in het vuur gegooid en verbrand.”

Op Christus gericht zijn, aan Hem verbonden zijn, het echt van hem verwachten in je hele leven is nodig om echt gelukkig te zijn. Om echt op weg te zijn en te blijven naar een voor altijd zinvol en goed leven. Daarbij hebben jij en ik Christus echt in alles nodig! “Zonder Mij kun je niets doen.”  Overal en altijd en bij alles heb ik Christus nodig. Dat is niet iets om je te schamen maar om er ongelooflijk blij mee te zijn dat Christus zo in jouw leven wil werken.

Broeders en zusters, jongelui wat zijn deze dingen belangrijk. In de afgelopen week sprak ik meerdere mensen die zeiden: Maar dominee, maar Rob  dat kun je wel graag willen maar dat kan niet meer. Dat is iets van het verleden. Het is niet meer zo, ook niet in de kerk dat mensen zo leven. In onze tijd kan dat niet meer. Vroeger leefden mensen misschien vanuit de kerk en stonden zo in de wereld maar dat is niet meer zo. Mensen leven nu in de wereld en vanuit die wereld komen ze ook nog in de kerk. Dan denk en voel je niet meer dat je hele leven met Christus te maken heeft.  Dan spreekt ook de wereld   duidelijk mee en is er ook een deel van je leven op Christus, op het geloof betrokken. Als we de jeugd en de twintigers, dertigers en veertigers nog bij de kerk willen houden moeten we daar niet zo moeilijk over doen.

Daar sta je dan!  Hoe moet dat nu?  En dan gaat het mij niet over de jeugd als aparte groep en niet over twintigers tot veertigers.

Nee, dan gaat het me om ons als hele gemeente en om ieder van jullie persoonlijk.

We leven naar Goede Vrijdag toe.  Ook naar het Paasfeest. Het feest van Christus opstanding.  Wat betekenen deze feestdagen voor jou? Wat betekent het voor jou dat je gedoopt bent, dat je al vaak gezien hebt dat iemand gedoopt is? Wat betekent het voor jou dat je avondmaal gevierd hebt of het al vaak heb zien vieren?

Denk  er aan dat in de verkondiging, in doop en avondmaal deze boodschap van Gods kant naar je toekomt: “dat het offer van Christus aan het kruis de enige grond voor ons heil (geluk) is. Want de Heilige Geest leert ons in het evangelie en bevestigt ons door de sacramenten, dat ons volkomen heil rust in het enige offer van Christus dat voor ons aan het kruis gebracht is.”

We hebben als mens en als gemeente alleen toekomst, een gelukkige verloste toekomst als we zo met Christus leven. Dan maakt het niet uit hoe jong of oud je bent, dan maakt het niet uit van welke generatie je bent. De enige hoop ligt er in het leven met Christus. Met de gekruisigde Christus die uit de dood is opgestaan, die leeft!

Kijk nog maar eens mee in vraag en antwoord 67 .

“Het offer van Christus aan het kruis is de enige grond van ons heil”. Niets anders kan jou en mij redden en in een gelukkig leven zetten. Dat kan alleen door het offer van Christus op Golgotha 2000 jaar gelden. Voordat de Zoon van God op de aarde kwam en mens werd, offerden de Israëlieten. Die offers wezen vooruit naar dat ene offer dat Jezus Christus volgens Gods belofte zou gaan brengen. Het volk van God op aarde moest er steeds aan herinnerd worden. Steeds moesten zich bedenken dat eens het grote offer, de grote betaling voor onze schuld en zonden gebracht moest worden en dat we het daarvan moeten hebben. Dat mochten ze nooit en dan ook nooit vergeten! Daarom steeds weer die offers!  Ook wij mogen het nooit vergeten dat er voor ons elke dag vergeving en een nieuw leven is alleen om het offer dat Christus in onze plaats gebracht heeft. Om ons elke week in de prediking en geregeld in doop en avondmaal te laten zien en zelf te laten voelen en proeven dat ik het zelf niet kan, dat ik van mezelf niet goed genoeg ben. Dat ik het moet hebben van mijn grote en lieve Verlosser die leeft en mij en jou steeds weer laat zien: vertrouw op Mij en op het offer dat Ik gebracht heb.

Het  is een aantal jaren geleden dat iemand tegen mij zei vanwege de prediking: Ds ik laat mij geen nul noemen. Ook niet in de preek. Ik ben echt nog wel wat. Ik kan uit mezelf echt nog wel wat. Ik heb hulp van God nodig maar ik kan zelf ook nog wat. Ik laat me echt niet tot de grond toe afbreken. Misschien herken je dit al is het misschien in mildere woorden wel bij jezelf. Het is echt iets dat er bij ons allemaal als mensen inzit. En toch is Christus offer de enige grond voor mijn heil toch zegt de Here Jezus die het veel beter weet als alle mensen samen: “Zonder Mij kun je niets doen.”

Als je er op let wat Gods belofte is en wat de Here Jezus voor ons moest doen om ons van Gods oordeel te redden is het nog te weinig om te zeggen dat wij zonder Christus een nul zijn. Als je een nul bent dan ben je eigenlijk niets. Dan ben je neutraal. Dan ben je niet voor en niet tegen. Zo is het met ons als mensen nu juist niet. Wij zijn uit onszelf mensen die tegenover God en Zijn liefde staan. Wij zijn uit onszelf vijanden van God. Christus is naar de wereld gekomen om vijanden van God met God te verzoenen, om ze kinderen van God te maken!

We zien dat heel duidelijk in Filippenzen 3. Paulus spreekt daar over zichzelf. Als Paulus er op zou letten hoe hij zich voor God heeft ingezet, hoe gelovig hij wilde leven dan was er heel wat voor te zeggen dat hij het er nog niet zo gek van afgebracht had. Hij had echt geprobeerd voor God te leven, had echt geprobeerd heel nauw volgens Gods wet te leven. Daar stelde hij dan ook zijn vertrouwen op. Hij moest niets van Christus hebben. Dan laat Paulus zien hoe nodig en belangrijk het is om af te leren om op jezelf te bouwen.  

Om te bouwen op Christus, om te bouwen op wat Hij gedaan heeft, om te bouwen op wat Hij ons leert. Om ons echt aan Christus in alles over te geven. Juist in doop en avondmaal laat de HERE ons zien dat Hij ons dat wil geven. Juist om het offer van Christus voor ons. Dat offer dat eens gebracht is en dat we elke dag van ons leven nodig hebben om vergeving te krijgen en met de HERE in vrede ne liefde te kunnen leven.

Paulus  brengt dat leven waarin je op Christus bouwt en niet op jezelf bouwt in Filippenzen 3 zo onder woorden: “Maar wat voor mij winst was, ben ik omwille van Christus als verlies gaan beschouwen. Sterker nog, alles beschouw ik als verlies. Het kennen van Christus Jezus, mijn Heer, overtreft immers alles. Omwille van hem heb ik alles prijsgegeven; ik heb alles als afval weggegooid. Ik wilde Christus winnen en één met hem zijn – niet door mijn eigen rechtvaardigheid omdat ik de wet naleef, maar door die van God, de rechtvaardigheid die er is door het geloof in Christus.  Ik wil Christus kennen en de kracht van zijn opstanding ervaren, ik wil delen in zijn lijden en aan hem gelijk worden in zijn dood,  in de hoop misschien ook zelf uit de dood op te staan.” Vs 7-11   

Ik kan me voorstellen dat je bij de laatste zin zo je vragen hebt. Is er bij Paulus twijfel?  Nee, we hebben hier met een ongelukkige vertaling te maken. Er is ook een andere vertaling mogelijk die helemaal past in wat de Heilige Geest door Paulus zegt over de zekere hoop  op de toekomst voor wie niet op zichzelf maar op Christus zijn of haar leven bouwt. Dat is zoals we vers 11 in de HSV lezen: “om hoe dan ook te komen tot de opstanding van de doden.”  Dan wijzen de woorden hoe dan ook er op dat je je echt uitstrekt naar het vertrouwen op Christus, het leven vanuit de door Hem verdiende vergeving. Wie in geloof  niet op zichzelf wil vertrouwen maar op Christus is op weg naar de opstanding uit de doden.

Wat laat de Heilige Geest ons in de prediking en in doop en Avondmaal zien? Dat een mens zonder Christus een vijand van God is. Dat een mens zonder Christus dat wat echt goed in Gods ogen is niet kan doen. Dat je door eigen inspanning buiten Christus om niets voor elkaar kunt krijgen wat van waarde is voor de toekomst. Dat je zonder Christus niets kunt doen wat er voor zorgt dat je van het oordeel van God over eigen schuld en zonden  verlost wordt. Jij en ik kunnen in eigen kracht en door eigen denken niet tot het geloven en vertrouwen op Christus als onze Redder komen.  We hebben nodig dat de Heilige Geest in ons hart werkt. Dat Hij ons hart voor Christus en een leven volgens de wil van Christus openbreekt. Het heerlijke is dat bij de doop de HERE tegen je zegt dat Hij dat in jou leven wil geven. Je hoeft alleen je hand maar te leggen op Gods belofte. Daaraan herinnert de HERE je elke avondmaalsviering weer voelbaar en zichtbaar. Daartoe wordt je als het goed is elke keer dat het evangelie verkondigd wordt weer toe opgeroepen. De uitnodiging om juist dit cadeau van de HERE aan te nemen en open te maken om daaruit te leven.

Dan  zie je het geloof als een prachtig cadeau in je leven. Niet met de vraag is het wel voor jou is of  met de vraag waarom jij gelooft en een ander niet. Nee, je ziet die geweldige gemade dat de HERE jou uitnodigt om te geloven, om op Christus als je Verlosser en Heer je leven te bouwen. Je leert belijden wat we lezen in Efeze 2:8,9: “Door zijn genade bent u nu immers gered, dankzij uw geloof. Maar dat dankt u niet aan uzelf; het is een geschenk van God  en geen gevolg van uw daden, dus niemand kan zich erop laten voorstaan.”

Dan leren we om ook anderen dit geweldige evangelie te vertellen en ze uit te nodigen om in Christus te geloven. Wat is het een rijkdom om niet meer op je eigen gedachten en gevoelens te vertrouwen maar je leven bij Christus te zoeken. Ik kan mezelf niet verlossen. Ik kan mezelf het blijvende geluk niet geven. Dat is er een die dat kan en dat is de HERE! Hij komt in de prediking, in doop en avondmaal met Zijn belofte dat Hij jou door Christus offer vergeving en eeuwig leven, eeuwig geluk wil geven. Wat is het een winst als ik niet op mezelf bouw, als ik mezelf heb leren verloochenen en geleerd heb door de Geest om mijn leven op Christus te bouwen, door hem te laten leiden, door Hem geleerd te worden. Kom  zo tot Christus dan is ook in jouw leven het zo zoals we in Gal 2:20 lezen: “Met Christus ben ik gekruisigd:  ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven.”

 

AMEN