Zondag 51 Vader leer ons van Uw genade te leven

07-11-2015 19:22

 

Hieronder vind je een preek die ik gehouden heb toen ik predikant was van de Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) van Dronten-Noord.  Aan de linkerkant vind je de oorspronkelijke liturgie. De gezangen komen uit het Gereformeerd kerkboek en uit het Liedboek (oud). De gebruikte Bijbelvertaling is de NBV. Aan de rechterkant vind je de liturgie genomen uit het Gereformeerd kerkboek met de 41 gezangen zoals die nu in de GKN gebruikt wordt. Wanneer deze preek gelezen wordt graag even een mailtje naar mij zodat ik weet waar deze preek gelezen is. 

dsjrvisser@gmail.com      

 

Votum                                                               Votum   

Vrede/Zegengroet                                             Vrede/Zegengroet

Psalm 51:1,2                                                     Psalm 51;1,2

Lezing van de wet                                             Geloofsbelijdenis   

Gez 156                                                            Psalm 32:1

Genadeverkondiging     

Psalm 32:1

Gebed                                                               Gebed

Schriftlezing: Handelingen 9: 1-22                    Schriftlezing: Handelingen 9:1-22

Psalm 105:3,5,20,21                                         Psalm 105:3,5,20,21 

Tekst: Zondag 51                                              Tekst: Zondag 51

Verkondiging van het evangelie                         Verkondiging van het evangelie

Gez 140:1,3                                                       Gez 36:1,3

Dankgebed                                                        Dankgebed

Collecte                                                             Collecte

Psalm 103:1,3                                                    Psalm 103:1,3

Zegen                                                                Zegen

 

Geliefde gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

Het was 13 Oktober 175 jaar geleden dat in het Groningse Ulrum de Acte van Afscheiding getekend werd. Het was gisteren 492 jaar geleden dat Maarten Luther zijn 95 stellingen aan de deur van de Slotkapel geslagen heeft. Het waren enkele van die beslissende momenten uit de geschiedenis van Christus kerk. Het waren momenten waarop Christus op een heel bijzondere manier voor de  bewaring van Zijn kerk heeft gezorgd. Het waren maar geen momenten uit de geschiedenis die we als een menselijke strijd kunnen typeren. Nee, het was Christus die er voor zorgde dat trouwe dienaren voor gingen om de kerk te bewaren bij het echte evangelie van genade, het echte evangelie van Christus.

Want  was het geval? De kerk waarin Luther leefde, de kerk waarin Hendrik de Cock leefde was van binnenuit vergiftigd. Er heerste zowel in de 16e als in de 19e eeuw in de Rooms-katholieke en later in de Hervormde kerk een boodschap waarbij de mens gezien werd als een mens die het goede wil. De mens is wel zwak maar zeker niet in en in zondig. Als je leerde om een mens zijn best te doen,  kwam het goed en verdiende de mens echt wel iets bij God. Dat was op verschillende manieren de overheersende boodschap die toen in de Rooms-katholieke en later in de Hervormde kerk klonk. Zowel Luther als de Cock konden daarmee niet leven. Want zo misleid je mensen en breng je ze niet bij de echte Christus. Zo leer je mensen dingen die ze bij de echte Christus wegdrijven. Daarom was het een heerlijke bevrijding toen uit de mond van o.a. deze mannen weer het heerlijke evangelie van vergeving van zonden klonk. Toen ze mensen opriepen om alleen daar te willen komen en zijn waar dat evangelie verkondigd wordt. Om ook de eenheid in de toekomst te zoeken met hen die dat evangelie volgens Gods onfeilbare Woord belijden. We willen ook vanmorgen juist weer naar dat evangelie, die goede boodschap van de vergeving van de zonden door Christus alleen luisteren.

Ik verkondig jullie dat evangelie onder het thema:

 

VADER  LEER ONS VAN UW GENADE TE LEVEN

 

1.            Leer ons vergeving te vragen

2.            Leer ons anderen vergeven

 

1.            Leer ons vergeving te vragen

 

Jongens  en meisjes de Here Jezus weet wat jij nodig hebt. Er is niemand die dat beter weet dan Hij. Hij weet het zelfs beter dan jezelf. Vind je dat gek? Toch is het dat niet. Laten we eerlijk zijn. Jij doet soms dingen waarvan je later spijt hebt. Dan denk je dat het goed of leuk was maar dan krijg je straf op school of thuis omdat je moet leren dat het fout was wat je deed. Dat hebben we allemaal nodig om te leren wat echt goed is. Uit jezelf doe je zomaar dingen die niet goed zijn. Dat weet de Here Jezus. Het is ook daarom dat de HERE ons de Bijbel gegeven heeft. Als je in de Bijbel leest,  leer je wat echt goed is. Wat echt een leven is zoals de HERE dat graag ziet.

De Here Jezus weet ook wat echt goed en nodig is om te bidden. Een van de dingen die elke dag weer in jouw gebed nodig is dat je vraagt: HERE wil U mij vergeven wat ik verkeerd gedaan heb. Wilt U mijn zonden vergeven. De Here Jezus zegt dat heb je elke dag nodig!  Juist omdat Hij jou zo goed kent. Juist omdat Hij zoveel van je houdt! Juist omdat Hij niet wil dat je met je zonden blijft zitten. Want wat gebeurt er als je geen vergeving vraagt voor wat je verkeerd gedaan en gevoeld hebt?  Wat gebeurt  als je niet naar de Here Jezus gaat  in je leven?  Dan worden die verkeerde dingen in jouw leven niet vergeven. Als je dan sterft en je komt bij de HERE dan zegt God in de hemel: Jij hoort niet bij Mij. Jij mag niet bij Mij komen. Jij mag de hemel niet in. Jij hoort hier niet thuis want jij hebt niet met de Here Jezus geleefd. Jij hebt niet elke dag echt om vergeving gevraagd. De Here Jezus wil juist dat jij altijd bij God als je Vader mag zijn. Daarom heeft Hij zich aan het kruis laten spijkeren om vergeving te verdienen voor de gelovigen. Als je een echte gelovige bent bidt je elke dag om vergeving. Dan doe je met liefde wat de Here Jezus je geleerd heeft.

Waarom hebben jij en ik elke dag het zo nodig om vergeving voor onze zonden te vragen? Ik haal hiervoor een zin aan van Ursinus  die de catechismus opgesteld heeft en er zelf ook een verklaring van heeft geschreven. Hij schrijft: “Het gaat erom dat we weer in de genade en de gunst van God, waar we door onze zonden uitgevallen zijn,  mogen hersteld worden.”

Nu weet ik dat er in onze tijd nogal wat mensen zijn die zeggen: ‘Ja maar als je een keer in de Here Jezus gelooft en weet dat je van Hem houdt, heb je eigenlijk niet zo veel meer met de zonden te maken. Dan kan het best zijn dat er dagen zijn dat er in je leven geen zonden meer zijn. Ik ben van Jezus en daarom zijn mijn zonden mij vergeven en heb ik niet meer nodig om elke dag om vergeving te vragen. De Heilige Geest heeft me juist geleerd om heel anders te leven en daarom is er nog weinig zonden in mijn leven over.’

Het was nog niet zolang geleden dat ik met een ambtsdrager in een andere gemeente een gesprek had. Het ging over vergeving, het ging erom dat in elke preek weer die oproep moet klinken om tot Christus te gaan voor de vergeving van je schuld. In dat gesprek verwees ik naar vr  en ant 84 waar we o.a. belijden: “Hoe wordt het koninkrijk der hemelen door de verkondiging van het heilig evangelie geopend en gesloten?

Volgens het bevel van Christus wordt aan de gelovigen ……….. verkondigd en in het openbaar verklaard, dat al hun zonden hun door God om de verdienste van Christus werkelijk vergeven zijn, zo vaak zij de belofte van het evangelie met waar geloof aannemen. Maar aan alle ongelovigen en huichelaars wordt verkondigd en verklaard dat de toorn van God en het eeuwig oordeel op hun rusten, zolang zij zich niet bekeren.”

Wie de taak gekregen heeft om het evangelie te verkondigen heeft ook steeds weer de taak om wie het hoort op het hart te drukken om je elke dag weer tot God te keren, elke dag weer om vergeving te vragen.

De reactie was: dat als het allemaal zo zwaar moest hij geen lid van de kerken wilde zijn waarin zo gepreekt en gesproken wordt. Gelukkig kwam er daarna nog een heel goed gesprek bij een open Bijbel. Toch zie je hoe er tot in de kerken de weerstand is om elke dag om vergeving van je zonden te vragen en dat je dat nodig hebt.

Dat  we dat echt nodig hebben laat ook Zondag 51 zien. Dat wordt nog duidelijker als je er op let in welk deel van de catechismus we lezen dat we arme zondaren zijn, dat we vergeving nodig hebben voor onze misdaden   en voor de slechtheid die nog altijd in ons is. Dat lezen we dat belijden vanuit ons hart in het deel van de dankbaarheid. Bij een dankbaar, een echt gelovig leven met de HERE, met Christus hoort dat van onszelf zeggen.

Ik wil jullie dit vanuit de Bijbel zelf duidelijk maken aan het voorbeeld van Paulus. Paulus was iemand die de HERE echt wilde dienen. Hij dacht dat hij met zijn leven ook zeker wel wat bij God verdiende. Hij was zo slecht nog niet want hij was in de leer bij de farizeeën. Hij was een echte en heel ijverige Farizeeer geworden. Zijn inzet ging zo ver dat Hij er alles aan deed om die volgelingen van de Here Jezus te vervolgen. Hij dacht dat hij daarmee een goed werk voor God deed. Dat de HERE hem daarvoor zou belonen.   Hoe Paulus in die tijd dacht, lezen we in Fil  3: “Wij zijn het die besneden zijn, wij verrichten onze dienst door de Geest van God en laten ons voorstaan op Christus Jezus, niet op onszelf,  hoewel ik redenen genoeg zou hebben om op mezelf te vertrouwen. Als anderen menen dat te kunnen doen, dan kan ik dat zeker.  Ik werd besneden toen ik acht dagen oud was en behoor tot het volk van Israël, tot de stam Benjamin, ik ben een geboren Hebreeër met de wetsopvatting van een farizeeër  en heb de gemeente fanatiek vervolgd. Aan wat er in de wet over gerechtigheid staat, voldeed ik volledig.  Maar wat voor mij winst was, ben ik omwille van Christus als verlies gaan beschouwen.” Vs 3-7

Dat is dus helemaal veranderd toen Paulus de Here Jezus echt heeft leren kennen. We hebben in Handelingen 9 gelezen hoe en wanneer dit gebeurd is. Paulus was onderweg naar Damascus om in zijn ijver voor de HERE de volgelingen van de Here Jezus daar te vervolgen. Dan komt de Here Jezus zelf naar Paulus toe. Hij zet Paulus op weg naar Damascus stil. Als Paulus vraagt wie er vanuit de hemel tot hem spreekt is het ontdekkende antwoord : “Ik ben Jezus, die jij vervolgt. Maar sta op en ga de stad in, daar zal je gezegd worden wat je moet doen.” Vs 5,6.

Het leven van Paulus is dan radicaal veranderd. Het is niet alleen zo dat hij is gaan inzien dat hij de Here Jezus als God, Koning en Verlosser moet gaan volgen. Paulus hele geloof is veranderd. Hij is niet meer die man die zegt: moet je eens kijken hoe ik nu voor Christus leef!  Het zit nu wel goed met mij en Christus zal mij nu belonen omdat ik het voor Hem zo goed doe. Nee, zo kan Paulus niet meer geloven. Hij is gaan inzien dat wie met Christus leeft en ziet wat Hij gedaan heeft zich nooit meer op de borst kan kloppen. Hij is gaan inzien dat je juist als echte christen het niet meer in je hoofd haalt om te zeggen dat de zonden in je leven achter je liggen. Dat je het niet in je hoofd haalt om te zeggen dat je het kruis nu niet meer echt nodig hebt. Deze Paulus die de Here Jezus op weg naar Damascus echt heeft leren kennen wordt een kind van God die echt van genade is gaan leven elke dag. Luister maar naar wat hij in het vervolg van Fil  3 schrijft: “ Sterker nog, alles beschouw ik als verlies. Het kennen van Christus Jezus, mijn Heer, overtreft immers alles. Omwille van hem heb ik alles prijsgegeven; ik heb alles als afval weggegooid. Ik wilde Christus winnen  en één met hem zijn – niet door mijn eigen rechtvaardigheid omdat ik de wet naleef, maar door die van God, de rechtvaardigheid die er is door het geloof in Christus.” Vs 8,9

Juist als je Christus kent wil je voor de HERE leven maar dan ontdek je in je leven, in je gevoelens, in je woorden elke dag weer dingen waarvan je zegt dat was slecht. Dat was tegenover God die vol van liefde is een misdaad, daardoor sta ik schuldig tegenover de HERE. Daarvoor heb ik vergeving nodig. Dat brengt je volgens het onderwijs van Christus dan elke dag weer op je knieën om vergeving te vragen. Paulus laat zien dat je dat elke dag nodig hebt en dat je dat juist gaat zien als je dicht bij de HERE leeft. De Paulus die tot geloof gekomen is en die zich niet meer om zijn geloof op de borst slaat, die door het werk van de Heilige Geest een nieuw mens is en wil zijn, schrijft in Romeine  7 van zichzelf als gelovige: “Ik ontdek in mij de wetmatigheid dat het kwade zich aan mij opdringt, ook al wil ik het goede doen. …… Wie zal mij, ongelukkig mens, redden uit dit bestaan dat beheerst wordt door de dood? God zij gedankt, door Jezus Christus, onze Heer.” Vs 21,24,25

Elke dag heb ik als arme zondaar vergeving nodig. Als ik mijn eigen armoede elke dag in mijn gebed aan de HERE belijdt. Dan gebeurt er dat geweldige dat om het bloed, om het offer van de Here Jezus mijn schuld, mijn misdaden vergeven worden. Dat de HERE mij om Christus weer Zijn Geest wil geven om de volgende dag in nieuwe kracht Zijn kind te willen zijn en te willen groeien in een leven met Hem.

Dan neemt Vader in de hemel je weer in Zijn gunst, in Zijn liefde, in Zijn genade aan! Je mag Zijn kind zijn omdat Hij je vergeven heeft!  Dat is echt iets ongelooflijks. Als dat tot je doordringt raak je daarover niet uitgepraat. Dan erger je je er niet meer aan als in de preek over zonde en genade gesproken wordt. Dan is dat niet zwaar en neemt dat de blijdschap van het geloof niet weg. Want dan mag ik juist elke keer weer de HERE in Zijn hart kijken. Dan mag ik rijk worden door Christus. Dan doet het zeer maar weet ik dat het de enige goede behandeling voor me is als ik op mijn zonden en schuld gewezen wordt en meteen verwezen wordt naar Christus als de enige Verlosser. Een blijer evangelie kan ik jullie niet brengen. Als ik het anders zou doen zou het namaak wezen en zou ik je valse hoop op jezelf geven. Elke dag bidden om vergeving hebben we zo nodig. Van mezelf ben ik failliet maar als ik in liefde tot de HERE bidt en vraag om vergeving ben ik zo rijk! Wie dat wonder ziet leert ook zelf te vergeven. We zien dat in het tweede punt.

 

2. Leer ons anderen vergeven 

 

We  leven in een tijd waarin er veel aandacht voor onze eigen gevoelens is. Veel aandacht voor psychologie. Ook als het gaat om het vergeven van anderen worden juist vanuit onze gevoelens de opmerkingen gemaakt:  Je kunt pas vergeven als je er aan toe bent.  Het kan heel goed zo zijn dat je nooit aan vergeven toekomt. Dat het teveel gevraagd is.

Er  is in onze tijd veel aandacht voor de persoon die door het gedrag of door de woorden van een ander geraakt is. Pas als je gevoelens er aan toe zijn, zou er het moment gekomen zijn dat je kunt vergeven.

Ik besef heel goed dat vergeven heel moeilijk kan zijn. Ik ken ook situaties die zo ellendig zijn dat je denkt hoe kan iemand ooit vergeven. Moet je eens kijken wat hem of haar aangedaan is. Je kunt denken: wat die kerel ook ooit zal zeggen maar hem vergeven dat nooit. Moet je eens kijken hoe hij of zij mijn leven verwoest heeft. Je moet met zulke situatie ook heel voorzichtig en teer omgaan.

En toch. Toch moeten we hier meer zeggen. Toch moeten we elkaar juist meenemen naar de HERE en naar het werk van de Heilige Geest. Dan ga ik eerst weer met je terug naar Paulus. Paulus de vervolger, de man die schuldig stond aan de moord op christenen. De man waarvoor de gelovigen in die tijd zo bang waren. Als er iemand voor Gods kinderen een rotkerel was dan was het Paulus. Wat had die fanatieke man een verdriet en ellende veroorzaakt in gezinnen en in de kerk van de Here Jezus.

Je  voelt dat als de Here tegen Ananias zegt dat hij naar Paulus moet gaan. Dat hij naar die Saulus van Tarsus moet gaan en hem de handen moet opleggen zodat Paulus die nu blind is weer kan zien. Ananias ziet dat niet zitten. Moet hij naar die man toe! Here dat kan toch niet. U weet toch wie die man is! U weet toch hoeveel verdriet en ellende hij juist onder ons heeft gebracht. Is er voor die man dan genezing, is er voor die man dan vergeving? Is de vergeving dan afhankelijk van wat de slachtoffers meegemaakt hebben. Komt er dan geen vergeving als wij het als mensen niet kunnen vatten?

Je kunt het je zo goed voorstellen wat Ananias nu zegt. Dan zegt Christus uit de hemel met geweldige liefde tegen Ananias: Jij moet toch gaan! Ik heb juist deze Paulus uitgekozen om in Mijn kerk een belangrijke rol te spelen. Ik heb hem op de knieën gebracht. Hij bidt nu. Hij bidt echt tot Mij. Hij wil leven van genade.

Dan  gebeurt er nog zo’n geweldig wonder. Een geweldig wonder in het leven van Ananias. Dan gaat hij naar de Rechte Straat. Dan gaat hij het huis binnen waar Paulus is. Paulus die het bloed van de christenen, van broeders en zusters aan zijn handen heeft. Let dan op die eerste woorden van Ananias als hij bij Paulus is: “Saul broeder”!

Je voelt, je ziet het werk van God in Ananias! Dat wat de catechismus in onze zondag noemt: zoals wijzelf ook als een bewijs van uw genade in ons opmerken dat wij het vaste voornemen hebben onze naaste van harte te vergeven.”

Dat is er niet vanzelf. Dat leer ik juist van de Here, van de heilige Geest. Dat heb ik niet van mijzelf. Dat leer ik als ik geleerd heb om mijn ogen elke dag weer op de Here Jezus te richten. Op dat bloed dat aan het kruis ook voor mij moest vloeien. Ook ik ben van mijzelf een misdadiger die andere mensen heel veel zou aandoen. Ik ben van mijzelf niet zo’n lieverdje. Dat waren de broeders en zusters in de tijd van de apostelen ook niet. Als Paulus een heel ritje opnoemt van mensen die zo in zonden leven dat ze als zo leven het Koninkrijk van God niet kunnen binnengaan noemt hij : “Ontuchtplegers, afgodendienaars, overspeligen, schandknapen,  knapenschenders,  dieven, geldwolven, dronkaards, lasteraars,  uitbuiters.” Weet je wat dan het bijzondere en het geweldige is dat daarop volgt: “Sommigen van u zijn dat ooit geweest, maar u bent gereinigd, u bent geheiligd, u bent rechtvaardig verklaard in de naam van de Heer Jezus Christus en door de Geest van onze God.” 1 Kor 6:9-11

Ook  voor wie zo geleefd heeft en zich tegenover God failliet weet en dan met schaamte over zichzelf naar Christus gaat is er vergeving. Zo is er op het gebed om Christus offer vergeving voor jou. Wie dan bij jou komt en vanuit een leven met Christus om vergeving vraagt, vraagt ik wil zo graag  echt jouw broeder, jouw zuster zijn. Ik heb je zoveel aangedaan maar wil me toch vergeven. Dan kunnen je gevoelens protesteren. Kijk dan naar de Here Jezus die daar voor jou moest hangen. Breng je gevoelens dan tot rust door het bloed van Christus. Bid dan om de kracht van Gods liefde in jouw leven. Dan kan het nog woelen in mij maar dan leer ik door het werk van God in mij zeggen en daar ligt dan alles in: broeder, zuster! Dan vinden we samen rust in Christus en Zijn offer voor onze zonden. Dan leer ik bidden voor mijn vijanden. Dan leer ik zoveel meer als wat volgens menselijke psychologie mogelijk is. Dan leren we samen als arme zondaren zo rijk te zijn in Christus. Als ik dan vergeven heb, kom ik daarop niet terug. Als ik bij mezelf merk dat er toch na die tijd nog zoveel wrok zit dan is er maar een weg. De weg van het gebed. Here leer me zien hoe nodig ik Uw vergeving heb en leer me vanuit Uw liefde echt vergeven. Haal die wrok toch uit mijn hart. Daarvoor moet je bij de HERE zijn en Hij wil het je om Christus offer echt geven. Wat bloeit je leven dan op!

 

AMEN