Zondag 6 De Middelaar Jezus Christus is gekomen

04-12-2015 07:03

 

Hieronder vind je een preek die ik gehouden heb toen ik predikant was van de Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) van Dronten-Noord.  Aan de linkerkant vind je de oorspronkelijke liturgie. De gezangen komen uit het Gereformeerd kerkboek en uit het Liedboek (oud). De gebruikte Bijbelvertaling is de NBV. Aan de rechterkant vind je de liturgie genomen uit het Gereformeerd kerkboek met de 41 gezangen zoals die nu in de GKN gebruikt wordt. 

Wanneer deze preek gelezen wordt graag even een mailtje naar mij zodat ik weet waar deze preek gelezen is.  dsjrvisser@gmail.com


 

ORDE VAN DIENST

               

Votum                                                          Votum

Vrede/zegengroet                                        Vrede/Zegengroet 

Psalm 54 (Speelwerk)                                    Psalm 54

Lezing van de wet                                         Lezing van de wet

Psalm 95:3,4                                                 Psalm 95:3,4  

Schriftlezing: Handelingen 17:10-15            Schriftlezing: Handelingen 17:10-15  

                       Hebreeën 5:1-6:3                                       Hebreeën 5:1-6:3

Gebed                                                           Gebed

Collecte                                                         Collecte

Gezang 101:3,4,5 (Schakel)                           Gezang 24:3,4,5

Tekst: Zondag 6                                            Tekst: Zondag 6 

Preek                                                             Preek

Psalm 19:3,6                                                  Psalm 19:3,6 

Dankgebed                                                    Dankgebed 

Gezang 69                                                     Gezang 18

Zegen                                                            Zegen 

 

Gemeente van onze Here: Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes

 

Je moet in je leven veel leren. Veel dingen weet je niet. Veel moet jou verteld en uitgelegd worden. Als je heel klein bent zijn het vooral je vader en moeder die dat doen. Als je naar school gaat vertellen de juf of de meester wat letters zijn en hoe je de letters moet uitspreken. Dat weet je niet van jezelf.

Als je ouder wordt, moet je nog altijd veel leren. Mensen vertellen jou dingen of je leert dingen uit een boek of  er wordt op je ziet dingen op de televisie en jou wordt verteld wat dat is en hoe het ontstaan is. Het is voor jou echt onmogelijk om alles zelf te ontdekken van het begin af.  Er is heel veel dat jij leert omdat andere dat aan jou verteld hebben. Jij vertrouwt er dan op dat wat zij jou vertellen en uitleggen ook klopt. Dan vertrouw je op wat andere mensen je vertellen.

Mensen kunnen je vertellen wat ze zien en wat ze in de schepping ontdekt hebben. Toch is er meer als wat jij ziet en je hoort. Er is ook Iemand die de dingen nog veel beter weet dan alle mensen samen. Dat is God. Dat is Hij die alles gemaakt heeft. Als je wilt weten hoe dingen heel echt zijn moet je daar zijn waar de Schepper, waar God zelf spreekt. Waar Hij aan ons vertelt hoe alles heel echt is. Dan moet je in de Bijbel zijn. De Bijbel is het boek dat Gods eigen boek is. Hij heeft er voor gezorgd dat wat in dat boek staat ook heel echt waar is. Dat mensen niet hun eigen verhaaltjes daarin konden opschrijven. De Heilige Geest heeft er voor gezorgd dat de hele Bijbel echt dat is wat God ons wil vertellen. Waarom zeg ik deze dingen? Omdat je zo ziet dat als je wilt weten wie God is, wat Hij gedaan heeft, doet en gaat doen. Als je wil weten wie God echt is, wie de Here Jezus echt is je de Bijbel moet lezen. Dan zie je hoe ontzettend belangrijk het is om de Bijbel te lezen, om te horen wat er in de Bijbel staat. Dat is ook zo ontzettend belangrijk als je wilt weten wie de Here Jezus is. We gaan daarop letten als ik jullie de goede boodschap onder het volgende thema verkondig:

 

DE MIDDELAAR JEZUS CHRISTUS IS GEKOMEN

 

1.            Hij is het echt

2.            Hij is daarom echt mens

3.            Hij is daarom echt God

 

1.            Hij is het echt

 

In Zondag 6 worden heel belangrijke dingen gezegd. Er wordt aan jou en mij verteld dat we een Redder nodig hebben. Iemand die jou redt van de ondergang. Die jou redt van de hel waar naartoe je op weg bent als je die Redder in je leven niet zoekt. Zondag 6 vertelt ons dat die Redder een mens moet zijn, dat die Redder ook God moet zijn. Dat die Redder niet maar een of ander denkbeeld is die nooit gekomen is. Nee, Hij is er echt. Die Redder is Jezus Christus.

Dan zeggen mensen: Ach, dat is een mooi verhaal. Toch heb ik zeker twee opmerkingen erbij. De eerste is dat het allemaal wel een heel vreemd verhaal is. Iemand die mens is en ook God is en die moet dan voor wat wij verkeerd gedaan heeft de straf dragen. Dat is toch iets dat je niet kunt bedenken. Dat kan eigenlijk alleen maar een of andere fantasie zijn. Dat is volgens menselijke wijsheid eigenlijk alleen maar gek.

De tweede opmerking is: dat kun je nu wel allemaal vertellen maar waar haal jij dat nu allemaal vandaan? Kun jij die Jezus over wie je hebt en even bijroepen en dat ik hem kan zien. Dat Hij mij zelf er van kan overtuigen dat Hij echt zo heel bijzonder is als jij vertelt.

Sta je dan niet met lege handen? Het is juist ook daarom dat na verschillende antwoorden in zondag 6 de volgende vraag klinkt: “Waaruit weet jij dat?”

Hoe kun je nu weten dat de Redder die we nodig hebben zo moet zijn en dat Jezus Christus de persoon is die zo is?  Dan zie je dat daarvoor maar een bron is. Dat is het heilig  Evangelie! Dat is de Bijbel van Genesis tot Openbaring. Dat er maar een bron is waarop je voor de volle 100% kunt vertrouwen. Dan zie je ook hoe belangrijk het is dat je steeds weer vanuit de Bijbel, vanuit Gods eigen Woord hoort hoe de dingen zijn. Steeds weer vanuit de Bijbel hoort wie God, wie Christus echt is. Je hoort in onze tijd mensen die heel verschillend over God denken, die heel verschillend over Christus denken zeggen: die verschillen zijn niet erg. Het gaat erom dat we allemaal aan Christus verbonden zijn. Dat klinkt allemaal heel mooi en heel fijn maar let er eens op wat er dan eigenlijk gezegd wordt.   Dan gebruik je wel allemaal de naam van Jezus maar dan heb je van Hem heel andere beelden. Dan is Hij voor verschillende mensen eigenlijk helemaal iemand anders. Dan zeg je dat je bij elkaar hoort omdat je samen aan Jezus Christus verbonden bent maar eigenlijk is er geen echte eenheid. Dan heeft ieder zijn eigen beeld terwijl het er om gaat dat we Jezus als onze Redder en Heer volgen zoals Hij zichzelf en de Bijbel aan ons laat zien. Zodat wij Hem echt leren kennen en eren zoals Hij is. Om te zien hoe we dat moeten doen is het goed om eens een kijkje te nemen in de gemeente van Berea in de eerste eeuw na Christus.

Paulus is in deze stad aangekomen. De tijd die achter hem ligt was niet makkelijk. Hij heeft namelijk in Thessalonica van Christus verteld. De mensen in de synagoge en ook daarbuiten opgeroepen om Christus als hun Verlosser en Here te volgen. Het mooie was dat er ook echt mensen tot geloof gekomen waren. Maar dan zijn het juist Joden die de bevolking van Thessalonica tegen Paulus ophitsen. Het wordt zo erg dat Paulus uit Thessalonica moet vluchten. Dan komt hij in de stad Berea aan. Al moest Paulus vanwege de verkondiging van het evangelie vluchten toch gaat hij weer naar de synagoge. Naar de kerk waar de Joden en ook wel  mensen uit de heidenen samenkomen om naar God en Zijn Woord te luisteren.

Ook hier gaat Paulus preken. Dan moet je bedenken dat het een gemeente was zonder beamer. Een gemeente waar mensen geen bijbeltje hadden waarin ze gauw iets konden opzoeken of meelezen. Paulus neemt het woord. Hij preekt. Hij vertelt aan mensen die alleen het Oude Testament kennen van de Here Jezus. Hij zegt tegen de mensen: Jullie moeten goed bedenken dat die Jezus waar ik jullie nu van vertel echt  de Verlosser, echt de Middelaar is die God in het Oude Testament beloofd heeft. Je moet bij Hem zijn en bij niemand anders. Dat klinkt allemaal heel mooi. De mensen in Berea luisteren ook welwillend. Toch blijft er wel een heel belangrijke vraag over. Een vraag die er altijd is als iemand jou iets vertelt. Een vraag die er altijd is als hier voor in de kerk een dominee preekt. Geloven de mensen in Berea wat Paulus zegt omdat Paulus het zegt. Geloof jij wat een dominee hier op de preekstoel zegt omdat hij zo’n aardige man is, omdat jij hem vertrouwt, omdat hij zo’n geleerde man is, omdat hij het zo aansprekend vertelt? Wat zouden we arme mensen zijn als we daarom geloven wat die ander zegt. Wat zouden we dan op een verkeerde manier in de kerk zitten en verkeerd met de kerkdienst en vooral de verkondiging van het evangelie omgaan.

Als Paulus in Berea voor de mensen daar preekt en Hij aan de mensen daar verkondigd dat Jezus de Christus, de Verlosser is. Is dat dan Paulus verhaal? Is dat dan zijn interpretatie van wat er in de Bijbel staat en kan een ander een heel andere interpretatie daarvan hebben. Allebei mooi en ieder kiest maar wat hem het beste of het mooiste lijkt? Het is heel duidelijk dat Paulus niet zomaar iets verteld heeft. Hij heeft maar niet gezegd ik denk dat Jezus de beloofde Verlosser is. Nee, Paulus heeft  in zijn manier van preken het onderwijs van de onze hoogste Profeet en Leraar gevolgd. Het onderwijs van de Here Jezus zelf. Want wat doet de Here Jezus als Hij op de Paasdag opgestaan is? Dan zoekt Hij Zijn leerlingen op. Die leerlingen die een korte tijd later de wereld moeten ingaan om Jezus Christus te verkondigen als de Middelaar, de Redder die mensen nodig hebben om onder Gods oordeel weg te komen. Hoe rust de Here Jezus de leerlingen dan toe om dit te kunnen doen?

Dan denk ik nu eerst aan wat de Here Jezus met de Emmausgangers doet. Die twee mannen die met Jezus op de weg lopen kunnen niet geloven dat Jezus echt de Verlosser was. Het is toch onmogelijk dat de beloofde Redder aan een kruis als godslasteraar zou sterven. Het is dan toch ook onzin dat vrouwen nu beweren dat Hij uit de dood is opgestaan?!  We lezen in Lukas 24 dan dat de Here Jezus het volgende zegt: “Hebt u dan zo weinig verstand en bent u zo traag van begrip dat u niet gelooft in alles wat de profeten gezegd hebben? Moest de Messias al dat lijden niet ondergaan om Zijn glorie binnen te gaan? Daarna verklaarde hij hun wat er in al de Schriften over Hem geschreven stond, en hij begon bij Mozes en de Profeten.” Vs 25-27

Nog op dezelfde dag komt de Here Jezus bij de apostelen en de hele groep leerlingen die in een huis bij elkaar zijn. Weer zie je hoe de Here Jezus Zijn leerlingen toerust om de wereld in te gaan met het evangelie. Hoor maar wat Hij zegt: “Toen Ik nog bij jullie was, heb ik tegen jullie gezegd dat alles wat in de wet van Mozes, bij de Profeten en in de Psalmen over Mij geschreven staat in vervulling moest gaan. Daarop maakte hij hun verstand ontvankelijk voor het begrijpen van de Schriften. Hij zie tegen hen: Er staat geschreven dat de Messias zal lijden en sterven, maar dat Hij op de derde dag zal opstaan uit de dood en dat in Zijn naam alle volken opgeroepen zullen worden om tot inkeer te komen, opdat hun zonden worden vergeven. Jullie zullen hiervan getuigenis afleggen, te beginnen in Jeruzalem.” Vs 44-48

We zien het resultaat van het onderwijs van de Here Jezus ook op de Pinksterdag als Petrus dan vol van de Heilige Geest preekt. Dan is het Petrus die aan de mensen daar juist vanuit de Bijbel, vanuit het evangelie laat zien wat er gebeurt. Hij wijst vanuit de profetie van Joël aan dat op de Pinksterdag het de Heilige Geest is die uitgegoten wordt. Hij wijst vanuit Psalm 16 aan dat het juist de Verlosser is die uit de dood moest opstaan en dat dat een geweldig bewijs is dat Jezus de echte Redder is.

Nu gauw terug naar Berea. Paulus roept ze daar steeds weer op om de Here Jezus als de Verlosser te erkennen, in Hem te geloven. Dan is het duidelijk dat Paulus dat steeds weer doet door het Oude Testament, de Bijbel, het Evangelie als machtige bewijsgrond naar voren te halen. Kijk mensen hier staat het in het Woord dat voluit Woord van God zelf is. Dan zie je hier in Berea wat de echte gezonde manier van luisteren naar een preek is. De gezonde manier die de gemeente opbouwt, die ons als gemeente al meer echt aan Christus verbindt en met Hem leert leven.  Dat is de manier dat we vanuit Gods eigen Woord het evangelie horen en vanuit Gods eigen Woord nagaan of het waar is wat in de prediking gezegd is. Als de prediking vanuit het Woord tot ons komt is het heel persoonlijk de HERE zelf die met jou en met ons als gemeente spreekt. Het is ook daarom dat ik steeds weer in de prediking met Gods Woord zelf naar u toekom om te laten zien het is de HERE zelf die dit zegt. Om samen te groeien in het kennen van het Evangelie, van de HERE zelf. In het kennen van de Here Jezus als de Verlosser die jij zo nodig hebt.

Nu zegt jij misschien: Is dat echt allemaal wel nodig. Is het nu echt nodig dat ik steeds weer dingen vanuit de Bijbel hoor? Is het echt nodig dat ik in kennis van wat er in het evangelie toeneem? Als ik weet dat de Here Jezus mijn Verlosser is en dat ik vergeving nodig heb en weet hoe God wil dat ik leef is dat toch wel genoeg? Dan zeggen we heel makkelijk: we hoeven toch niet allemaal kleine theoloogjes te worden. Als we zo praten en denken is dat niet goed. Daaruit komen vaak ook veel problemen voort. Als je persoonlijk en als gemeente niet steeds weer groeit in het kennen van het Evangelie komt er veel onzekerheid en ontevredenheid. Dan hebben we het met heel veel dingen moeilijk. Om een voorbeeld te noemen: dan blijven we steeds weer onzeker of de doop van kinderen echt iets is wat God van ons vraagt of dat ieder dat eigenlijk zelf maar moet weten. Terwijl wat de Here over de doop zegt bij de eerste beginselen van het geloof hoort.  Het is de Here je God en je Redder die zelf zo graag wil dat we steeds meer groeien in het kennen van Hem, van wat Hij ons leert. Luister maar naar wat de Heilige Geest in Hebreeën 5 tegen ons zegt: “Werkelijk, u had toch inmiddels allemaal leraar moeten zijn! In plaats daarvan hebt u er zelf een nodig om u opnieuw de grondslagen van het woord van God bij te brengen; het is met u zo gekomen dat u weer aangewezen bent op melk in plaats van op vast voedsel. Wie melk drinkt is nog een klein kind en heeft geen weet van de draagwijdte van de verkondigde gerechtigheid. Vast voedsel is voor volwassenen; hun zintuigen zijn door ervaring geoefend en zij zijn in staat onderscheid te maken tussen goed en kwaad.” Vs 12-14. Lees thuis ook 6:1-3.

Als we zo met ons hart en verstand erop gericht zijn om van de HERE te leren zien we dat Jezus de Christus is en daarom ook echt mens is. We letten daarop in de tweede plaats.

 

2.            Hij is daarom echt mens

 

De Here Jezus is gekomen. Hij was een echt mens. Als je de Here Jezus in die tijd tegenkwam, viel hij niet door Zijn uiterlijk op. Een heel gewoon mens. Een echt mens die ook alle menselijke gevoelens gekend heeft. Ook een mens die echt kind was en ook groeide in kennis van de dingen en de kennis van Vader in de hemel en Zijn Woord. Dat de Verlosser zo’n echt mens zou zijn lezen we o.a. in Jesaja 53. Luister maar: “Onopvallend was zijn uiterlijk, hij miste iedere schoonheid, zijn aanblik kon ons niet bekoren. Hij werd veracht, door mensen gemeden, hij was een man die lijden kende en met ziekte vertrouwd was, een man die Zijn gelaat voor ons verborg, veracht, door ons verguisd en geminacht.” Vs 2,3

Toch moest de Verlosser een heel bijzonder mens tussen al de mensen op aarde zijn. Een heel gewoon mens maar een die er niet aan dacht om ooit iets te doen of te zeggen of te voelen dat niet volgens de wil van God is. Vol eerbied en vol liefde voor Vader in de hemel. Geen mens en zelfs God kon Hem nooit op een zonde betrappen.

Zo was de Here Jezus op aarde. Luister maar naar de heilige Geest die in Hebr 7 zegt: “Een hogepriester als hij hadden we ook nodig, iemand die heilig, schuldeloos en zuiver is, van de zondaars afgescheiden en ver boven de zondaars verheven.” Vs 26

Zo moest Hij als onze Redder zijn! Hij is de middelaar. Hij is niet de bemiddelaar die God en mensen door onderhandelingen bij elkaar probeert te krijgen. Nee, God heeft Hem zelf gestuurd om voor mensen die verdriet over hun zonden hebben en bij Christus schuilen redding te geven. Jezus Christus staat tussen God en de gelovigen. Hij onderhandelt niet. Nee, Hij laat de schuld, de zonden die wij gedaan hebben op Hem laden. Hij zegt: HERE in de hemel laat de straf hierover op mij neerkomen in al zijn felheid. Zo moet de Verlosser zijn, zo was de Here Jezus. Toen Hij aan het kruis hing, deed Hij wat we iets verder in Jes 53 lezen: “Maar hij was het die onze ziekten droeg, die ons lijden op zich nam. Wij echter zagen hem als een verstoteling, door God geslagen en vernederd.

Om onze zonden werd Hij doorboord, om onze wandaden gebroken. Voor ons welzijn werd Hij getuchtigd, Zijn striemen brachten ons genezing.” Vs 4,5

De Here Jezus was die echt voluit rechtvaardige mens die zich voor de gelovige onder Gods oordeel gesteld heeft om jou voor altijd daarvan te redden. Je ziet hoe ontzettend belangrijk het is om in Hem te geloven. Echt met hem te leven. Om ons echt te laten leven was hij echt mens en ook echt God. Over dat laatste nog iets in punt 3.

 

3.            Hij is daarom echt God

 

De Here Jezus is echt God. Als je het Nieuwe Testament leest, zie je dat steeds weer. Dat was geen verrassing voor wie met  aandacht het Oude Testament gelezen heeft. Ik noem maar een voorbeeld. De Verlosser wordt o.a. in Jesaja 9 beloofd. Dan lezen we van Hem o.a: “Deze namen zal Hij dragen: Wonderbare raadsman, Goddelijke knecht (Sterke God is betere vertaling!!) Eeuwige Vader, Vredevorst”. Vs 5

De Here Jezus wordt uiteindelijke door de Joodse Raad ter dood veroordeeld. De reden daarvoor was dat Jezus van zichzelf zegt dat Hij God is. Daarom wordt Hij als godslasteraar veroordeeld. (Luk 22:66-71)  De Here Jezus was en is echt God. Hij moest dat zijn om onze Redder te kunnen zijn tot dat bitter einde. Waarom was de Verlosser nu ook God? Waarom kon Hij niet met minder toe? De reden daarvoor is: “Om uit de kracht van Zijn Godheid de last van Gods toorn aan zijn menselijke natuur te kunnen dragen.”

Gods oordeel dat er over onze zonden moest komen was zo groot en zo immens zwaar dat de Here Jezus als mens dat nooit kon dragen. Als Hij geen God was geweest zou Hij niet tot het einde dat lijden dat voor jou en mij nodig was hebben kunnen volhouden! Wat een geweldige wijsheid van God dat Hij de Verlosser geeft die mens en God is. Zo lijdt de Here Jezus intens en immens. Zo draagt Hij in ongelooflijke liefde voor God en Zijn uitverkoren de kinderen tot in de hel. Hij blijft staande, Hij blijft de HERE als Zijn God belijden. “Mijn  God. Mijn God waarom hebt u mij verlaten.” Hij hield het vol om voor jou en mij te verdienen dat we nooit zonder God hoeven. De Here Jezus is God. Als Hij dat niet was zou Hij de vergeving van de zonden, dat leven voor altijd intens gelukkig niet kunnen uitdelen. Dan zou Hij als mens naar de hemel zijn gegaan en niet de kracht hebben om de Heilige Geest te sturen die ons leert geloven, die ons leert om te bidden om vergeving. De Here Jezus was en is God en deelt nu het leven weer uit, de catechismus zegt dat Hij het leven weer “teruggeeft”. Zonder Christus leef je niet. Dan ben je levend dood en op weg naar een ellende die nooit ophoudt. Met Christus als je Middelaar, als je Verlosser maakt Hij je levend, zorgt Hij voor vrede met God, geeft Hij jou het leven dat zelf de dood niet kan kapotmaken.

Bij die Christus moet je zijn. Verlies je leven dan aan Hem. Dan verlies je je leven voor jezelf, voor de zonde. Dat is echt goed. Dan krijg je het leven. Kom tot hem de echte Verlosser. Jezus Christus God en mens!

 

AMEN