Vrouw in alle ambten? 1 Timotheus 2:11-15

Vrouw in alle ambten?  1 Timotheus 2:11-15

Het rapport dat aanbeveelt dat alle ambten voor de vrouw in de Gereformeerde kerken Vrijgemaakt opengesteld moet worden, is verschenen. Het is vooral het woord cultuur en aanpassing bij de cultuur toen en nu wat deze aanbeveling draagt. Zo worden woorden van de Geest wegverklaard. Enkele jaren terug heb ik gepreekt over een van de delen uit het Woord van God die hierbij een belangrijke rol spelen. Deze preek is nu wel heel actueel geworden. je kunt die hieronder lezen. 

 

ORDE VAN DIENST 

Votum 
Vrede/Zegengroet 
Gez 171:1,2 
Lezing van de wet 
Psalm 128 
Schriftlezing: 1 Timotheus 2:1-10 
Titus 2 
Gebed 
Wie is God? Kan Hij alles weten? 
Collecte 
Gez 178 
Tekst: 1 Timotheus 2:11-15 
Verkondiging van het evangelie 
Psalm 148 in beurtzang: vs 1 eerste helft allemaal 
Tweede helft mannen 
Vs 4 eerste 5 regels vrouwen 
Regel 6 mannen 
Regel 7,8 allemaal 
Dankgebed 
Psalm 135:1,2 
Zegen 

Broeders en zusters, jongens en meisjes, volk van de Here Jezus Christus 

Wat moet je nu met zo’n tekst. Kun je daar nog wel iets mee in onze tijd. Kun je zulke gedeelten in de Bijbel beter niet overslaan? Zeker in een tijd waarin naar Moslimvrouwen die in bepaalde kleren lopen gekeken wordt als mensen die bevrijd moeten worden. We willen toch niet met discriminatie geassocieerd worden? Je wilt toch niet in een kamp gezien worden met de Taliban die vrouwen als minderwaardig ziet en waarvan verschrikkelijke dingen leest in de boeken van Khaled Hosseini. (De vliegeraar; Duizend schtterende zonnen) Dat zou ons als kerk in de samenleving toch ook zeker niet goed doen. Dat zou onze aantrekkingskracht, ons missionaire uitstraling toch zeker schade doen? 
Ook bij de reactie voor de preekvoorbereiding zie je de schrik bij het lezen van deze verzen. Ik noem een paar van die reacties: 
Je nekharen gaan overeind als je dit leest. 
Dit gedeelte spreekt ons niet aan want het is niet meer van deze tijd.
Een vrouw is er toch niet alleen om te gehoorzamen! 
Als ik dit lees, bekruipt me een heel bedrukt gevoel. Hoeveel mannen hebben in de geschiedenis van deze verzen geen misbruik gemaakt. 
Ik zou hierover niet gaan preken want je wordt dan alleen maar weggehoond. 

Je ziet en voelt dat we ons in onze tijd gauw verlegen voelen met wat we in onze tekst lezen. Toch zijn ook deze woorden deel van het Woord van God. Het zijn geen woorden die je zomaar even in een rommelhoekje kunt opbergen. Het zijn geen woorden waar je maar over stil moet blijven en hopen dat andere mensen die niet lezen en daarover tegenover jou moeilijk gaan doen. Het is juist goed om dan te zien wat de Heilige Geest hier nu wel zegt. Ik wil me dan ook sterk concentreren op wat de Geest ons hier allemaal, vrouwen en mannen leert. Ik ga dan ook geen lezing houden over de vrouw in het ambt. Het wordt een preek over dit deel van Gods eigen Woord en wat het voor ons vandaag betekent. Daarom verkondig ik jullie het evangelie van Jezus Christus onder het volgende thema: 


CHRISTUS GEEFT OOK DE VROUWEN EEN EIGEN GOEDE PLAATS IN DE GEMEENTE 

1. als leerlingen 
2. als volwassen gelovigen 

1. als leerlingen 

Paulus schrijft een brief aan Timotheus die in de gemeente van Efeze als dominee aan het werk is. Timotheus is een van Paulus medewerkers. Het is ook zo dat Timotheus Paulus ziet als zijn geestelijke vader. Paulus spreekt ook over Timotheus als zijn kind. (zie bijv 1:18) 
Paulus heeft in hoofdstuk 1 Timotheus weer moed ingesproken om ondanks veel tegenstand zijn werk als verkondiger van het evangelie in Efeze te blijven doen. Dan begint er in hoofdstuk 2 een nieuw gedeelte in deze brief. Een deel waarin het in het bijzonder gaat om de samenkomsten als gemeente. Om de kerkdiensten. Dit gedeelte wordt afgesloten met 3:14,15: “Hoewel ik hoop spoedig naar je toe te komen, schrijf ik je dit alles voor het geval ik mocht worden opgehouden. Dan weet je hoe men zich behoort te gedragen in het huis van God, dat wil zeggen de kerk van de levende God, fundament en pijler van de waarheid.” 
We horen dan hoe belangrijk het is dat we samen als gemeente bidden. Dat we ons daarin dan niet in ons eigen clubje opsluiten maar juist de ramen naar buiten wijd openhouden. Juist omdat Christus de Koning en de Verlosser voor de hele wereld is. Niemand kan zonder Hem gered worden. Het is zo belangrijk dat we ook voor de wereld bidden, dat we ook de overheden die Gods dienaar horen te zijn in onze voorbeden aandacht krijgen. 
Als we dan bij vers 8-10 komen, lezen we daar hoe mannen en vrouwen in de samenkomst van de gemeente zich hebben te gedragen. De mannen baden in die tijd in de kerkdienst vooral met opgeheven handen. Als je zo opvallend bidt en dat samen doet, is het heel belangrijk dat je dat in liefde en vrede tot elkaar doet. Dat er dan onderling geen verkeerde gevoelens tegenover elkaar zijn. De mensen van buiten moeten niet kunnen zeggen: Moet je eens kijken hoe opvallend deze mannen met elkaar bidden maar als ze de kerk uit zijn kunnen ze elkaar niet luchten of zien. De mannen moeten niet alleen uiterlijk willen opvallen in de kerk. Hetzelfde geldt voor de vrouwen, voor de meisjes. Zij moeten niet naar de kerk gaan om op te vallen. Het is belangrijk dat je netjes gekleed naar de kerk gaat. Dat je kleren passen bij de eerbied voor het ontmoeten van de Heilige God en Vader. Maar dat je niet met jouw kleren, of door gewaagde kleren de aandacht op jezelf wilt richten. Het is belangrijk dat een christenvrouw niet bekend staat om haar uiterlijk maar om wat ze vanuit de liefde van Christus in het dagelijkse leven voor de naaste betekent. Dat ze bekend staat als een vrouw die in zorg voor anderen er steeds weer is. Die daarin de liefde van God laat zien. Het gaat er dus om dat mannen en vrouwen met de eigen plaats die ze van de HERE gekregen hebben met een hart vol liefde bij elkaar zijn in de erediensten. Samen als kinderen van God. 
Het is belangrijk om dan ook wat volgt in dit verband te lezen. Het verband waarin de Heilige Geest het zelf gegeven heeft. Als je dat doet, zijn er al heel wat nekharen die gaan liggen. Dan zie je ook dat Paulus hier helemaal niet zegt dat een vrouw geen onderwijs zou mogen geven op school, dat een vrouw geen leiding zou mogen geven in een bedrijf. Dat zijn allemaal zaken waarom het hier helemaal niet gaat. Het gaat erom hoe mannen en vrouwen zich in de kerkdiensten hebben te gedragen. Wat daarin hun plaats is. 
Het eerste wat dan gezegd wordt is dat je als vrouw je in de kerkdienst gehoorzaam en bescheiden hebt te laten onderwijzen. Het gaat erom dat je in alle rust, in eerbiedige stilte wilt ontvangen. In de preekvoorbereiding kwam de vraag: mag een vrouw dan niet spontaan en vrolijk zijn? Ik weet zeker dat de HERE het heerlijk vindt als je spontaan en vrolijk in het leven staat! Wie vrolijk en spontaan is, hoeft niet overal vooraan te willen staan. Die wil als kind van God ook stil zijn en als Christus leerling intensief luisteren naar de woorden van Christus. Dan hoef je als vrouw in de kerkdienst niet vooraan te staan en als opziener, als verkondiger van het Woord, als leraar op te treden. Dat je in de kerkdienst leerling wilt zijn. is niets minderwaardigs! Het is een voorrecht om als leerling van Christus onder de verkondiging van het evangelie te zitten. Je daartegen verzetten is verkeerd en dom. Bedenk hierbij ook heel goed dat een groot deel van de mannen in een kerkdienst ook zo heeft te luisteren. Als ze niet geroepen zijn tot het ambt van ouderling of dienaar van het Woord. 
Waarom worden de vrouwen dan zo apart genoemd? Omdat vanuit de verschillende taken die de HERE aan man en vrouw gegeven heeft, de vrouw niet geroepen wordt om als ambtsdrager het Woord te bedienen. De HERE roept daartoe vanuit het mannelijk gedeelte van de gemeente. Het onderwijs vanuit het Woord van God in de kerkdiensten en dat vanuit het ambt in de persoonlijke contacten in gemeente gegeven moet worden, moet door mannen gebeuren die Christus daartoe roept. Dat is de orde die HERE als Schepper geeft. Het is heel belangrijk om te zien dat de HERE dat als Schepper gedaan heeft. Paulus laat dat heel duidelijk en expres zien. Want dat maakt duidelijk dat het hier niet gaat om iets dat alleen maar voor een bepaalde tijd of cultuur geldt. 
Ik kom daarop zo terug. We moeten hier ook heel goed in het oog houden dat het er hier dus niet om gaat dat je als vrouw geen leiding zou mogen geven in de maatschappij, dat je geen onderwijspost zou mogen vervullen. Het gaat er hier zelfs niet om dat je als vrouw geen catechisatie mag geven en in opvoeding en bij allerlei contacten mensen niet het evangelie zou mogen vertellen. Daartoe worden we juist allemaal mannen en vrouwen opgeroepen! We hebben net zelf gelezen in Titus 2 dat oudere vrouwen daar de opdracht krijgen om jongen vrouwen het goede onderwijs te geven. We lezen in de Bijbel dat Paulus schrijft hoe vrouwen ingeschakeld worden bij het zendingswerk. Hij schrijft ook dat Timotheus juist van zijn moeder en oma het goede onderwijs vanuit de Bijbel gekregen heeft. We lezen in Handelingen dat de dochters van de diaken Filippus profeteren. Ze doen prachtig evangelisatiewerk. We lezen hoe Apollos door Aquila en zijn vrouw Priscilla nog meer onderwijs in het evangelie van Christus krijgt. Paulus schrijft later in de 1e brief aan Timotheus over vrouwen die bepaalde leidinggevende taken krijgen in het diaconale werk. 1 Tim 5. We moeten dus niet doen alsof Paulus in onze tekst alle onderwijs aan de vrouw verbiedt. Dat is een hele lelijke vertekening van wat de Geest ons hier leert. Dat maakt het dan ook heel makkelijk om je ervan af te maken. 
Wat is nu het argument waarom vrouwen niet het ambtelijke onderwijs in de kerk mogen geven? Dat heeft alles met de schepping te maken. We horen als eerste reden: “Want Adam werd als eerste geschapen, pas daarna Eva.” 
Let er weer op dat het hier niet om minderwaardigheid gaat! Man en vrouw zijn gelijkwaardig maar hebben wel verschillende taken van de Schepper gekregen. De man is als eerste geschapen en dat betekent ook dat hij de eerst verantwoordelijke tegenover de HERE is. Hij moet als hoofd van de vrouw de verantwoordelijkheid nemen. Vanuit het samen overleggen, het samen leven blijft hij het die de verantwoordelijkheid draagt. Dat wil de HERE ook zichtbaar hebben in de gemeente. Hij wil dat in de samenleving van zijn volk ook laten zien als er verantwoordelijke leiders komen die in het bijzonder met gezag Zijn Woord aan de gemeente doorgeven. Daarin heeft de man net als in het huwelijk dan een bijzondere verantwoordelijkheid. Daarbij hoort ook dat mannen de taak op zich moeten nemen, ervoor zorgen dat ze geschikt zijn om als ambtsdrager die het evangelie zo doorgeeft te kunnen werken. Dat betekent ook dat als de HERE ons daartoe roept dat we dan ook met een heel bijzondere roeping in ons leven te maken hebben. Een roeping waarbij de HERE ook belooft dat Hij met Zijn Geest je daartoe de kracht en de geschiktheid wil geven. Het zou heel erg zijn en de mannen heel erg aan te rekenen zijn als de vraag komt moeten we geen zusters vragen om dit werk te doen want er zijn geen mannen meer die dit kunnen en willen doen. 
De tweede rede die Paulus geeft klinkt ons vaak heel vreemd in de ore. Laten we ook maar eerlijk zijn die rede voelt misschien wel als een soort discriminatie. Is het wel een eerlijk argument? Paulus schrijft dan: “En niet Adam werd misleid, maar de vrouw; zij overtrad Gods gebod.” 
Hoe kan Paulus dit nu zeggen? Adam heeft toch ook zelf van de vrucht van de boom van kennis van goed en kwaad gegeten! Het is toch juist zo dat we juist door de zonde van Adam als eerst verantwoordelijke allemaal zondige mensen geworden zijn? Ja, dat is allemaal waar. Paulus ontkent dat hier op geen enkele manier. Paulus laat hier zien wat er gebeurd is toen Eva er geen rekening mee hield dat Adam de eerstverantwoordelijke tegenover de HERE was. Zij ging niet overleggen met haar man. Nee doordat ze geen rekening hield met de orde die God gegeven had: de man als eerst verantwoordelijke werd ze juist de eerste die zondigde. Zij werd als eerste misleid doordat ze niet samen met Adam een beslissing nam. 
Deze twee redenen horen dus heel duidelijk bij elkaar. Ze onderstrepen de orde zoals de HERE die in de kerk wil hebben. Bepaalde mannen als eerstverantwoordelijke die daarbij ook het werk doen dat daarbij past. Het is dan ook heel opvallend en veelzeggend dat wanneer er in hoofdstuk 3 over de opzieners gesproken wordt we in aansluiting op onze tekst lezen: “Een opziener moet onberispelijk zijn. Hij kan slechts de man van 1 vrouw zijn en hij moet sober, bezonnen, gematigd, gastvrij en een goede leraar zijn.” Vs 2. 
Juist onder leiding van het onderwijs van mannen die daartoe geroepen worden, kunnen we als mannen, vrouwen, jongens en meisjes een heerlijke plaats in de gemeente van Christus innemen. Kunnen we elkaar met de gaven die we als mensen gekregen hebben heerlijk voor Christus en Zijn Koninkrijk werken. Dan kunnen we ons juist met de gaven die we hebben, met de verschillende taken die we als man en vrouw hebben ons ontplooien. Dan ben je als vrouw vanuit het luisteren in alle eerbied naar het onderwijs van de Geest dat bepaalde mannen in Christus opdracht geven een volwassen gelovige. We letten daarop in de tweede plaats. 

2. als volwassen gelovigen. 

Dat de vrouw een eigen plaats, een volwaardige plaats in de kerk en in de samenleving heeft, laat de Geest ook in vers 15 zien. Het is niet zo dat je als vrouw of als meisje op een of andere manier voor de HERE minderwaardig bent. Ook als vrouw en meisje heb je als je met Christus als de Verlosser van je zonden leeft toekomst. 
Wie hier nu weer vanuit negativiteit leest en niet vanuit het geheel van Gods Woord gaat zeggen: Paulus zegt dus dat als een vrouw kinderen krijgt, kan het goed komen. Paulus denkt dus dat een vrouw er alleen is om kinderen te krijgen. Dus voor de vrouw die geen kinderen krijgt of die alleen blijft is er geen toekomst. Dat is echt nonsens. Daarover gaat het hier niet. 
Paulus laat zien dat er echt verschil tussen een man en een vrouw is. Dat het belangrijk is dat we dat ook aanvaarden. Dat we dat ook echt een plaats geven in het leven, ook in de maatschappij. Dat we ons niet door de wereld en cultuur om ons heen laten meeslepen als die zegt: eigenlijk zijn er alleen maar biologische verschillen tussen man en vrouw en daarom moeten we allemaal precies hetzelfde doen. Nee, de Geest laat hier zien dat de vrouw in het algemeen een bijzondere taak heeft in het moeder zijn. Zij baart kinderen. Zij mag in de verzorging en opvoeding van de kinderen dan als moeder een heel bijzondere plaats innemen. Dat is Gods orde. Dat laat ook zien dat het verzorgen en veel tijd doorbrengen met de kinderen een heel belangrijke taak is als de HERE jou kinderen geeft. Dat mag en moet dan ook vorm krijgen in de manier waarop je jouw leven inricht. Laat je dan ook niet meenemen als mensen tegen je zeggen: Ben jij zo vaak thuis voor je kinderen, dat is toch zonde, je doet jezelf tekort. We zien nu in de samenleving wat de negatieve effecten zijn dat moeders, dat ouders zo weinig thuis zijn en kinderen zichzelf moeten redden. Ook hier is Gods gebod goed en genezend ook als dat betekent dat je financieel minder kunt doen. Er zijn heel wat belangrijkere dingen dan geld en wat de wereld jouw ontplooiing noemt. 
Ook als je alleen bent, of als je geen kinderen gekregen hebt ben je als vrouw voor de HERE kostbaar. Ben je voor hem voluit Zijn kind als je leeft zoals dat aan het einde van vers 15 staat. Het gaat niet om het kinderen krijgen op zich. Het gaat erom dat we als vrouwen maar ook net zo goed als mannen onze taak in dit leven uitvoeren. Dat we het zo doen: “als ze tenminste volhardt in het geloof, de liefde en een heilige ingetogen levenswandel.” 
Hier zie je waarop het aankomt in je leven. Dat je leven een leven is waarin vertrouwen op Christus boven alles gaat. Waarin voor jou ook als het tegen de meerderheid van de samenleving ingaat de wil van Christus zoals je die in de Bijbel staat voor jou het laatste woord heeft. Dan is het de liefde van God die je leven beheerst. Dan weet je als man en vrouw dat je eigen taken en verantwoordelijkheden hebt. In het gezin, in de kerk, in de samenleving. Dat is dan ook goed en zo wil je dan in liefde voor je naaste leven. Je naaste ook de goede weg wijzen. Dan leer je ingetogen te leven. Wat is dat? Is dat een saai, een opgesloten, een minderwaardig leven? 
Nee! Ingetogen is dat je wilt leven binnen de goede regels, de goede geboden van God. Je zet je leven onder de controle van de HERE en Zijn wil. Dan komt er een goed leven. Een leven waarin vrouw en man en kinderen echt liefde krijgen en echt als kind van God kunnen leven en tot ontplooiing komen. 
De woorden van God in onze tekst zijn geen negatieve woorden. Al kijken velen er zo naar vanuit onze tijd en cultuur. Het zijn echt woorden van leven. Het zijn de woorden die ons juist laten zien hoe het leven goed is ook als de omgeving er vreemd van opkijkt. Als we zo leven mogen we weten dat dan de HERE met Zijn zegen bij ons is. Dan is het niet meer het belangrijkste hoe mensen er tegenaan kijken. Dan is het de Geest die ons leert om voor Christus te willen leven. Die Zijn leven voor zo’n leven in liefdevolle gehoorzaamheid aan God voor ons gegeven heeft. Laat Zijn stem van een liefde die veel meer als de wereld ons kan geven voor ons beslissend zijn tot opbouw van de gemeente. Zo wil Hij de enige Verlosser en God het in ons leven. 

AMEN